Laat ik beginnen met enige citaten uit het verslag van vorig jaar.
….winteraqualon ……….de sluizen van de hemel …..een vloedgolf (tsunami) aan water …. .. rampzalig voor onze fietsers …
Wat was het dit jaar anders: een mild zonnetje bij het lopen en fietsen, een aangename maarttemperatuur en uiteraard geen regen: het kon bijna niet beter. Menige winterfietser zal zich misschien wel door deze omstandigheden de (in sommige gevallen beperkte) haren uit het hoofd hebben getrokken door niet te reageren op het verzoek op de jaarvergadering mee te doen. ( De vraag zou gerechtvaardigd kunnen zijn hoeveel echte fietsers er nog zijn binnen de OSVVE die kou en nattigheid willen trotseren. Ik ken er in ieder geval twee.)
De samenstelling van de beide teams verschilde aanmerkelijk van wat ik begin maart had opgegeven. Omdat Ruud van Keulen Tirza Ellerbroek werd, Ronnie Hartman (Wie? Ja, … Ronnie Hartman!!: een begenadigd prunusdeskundige bij Natuurmonumenten en dat op vrijwillige basis.) Dik Ellerbroek werd en Dik Ellerbroek Hilko Ellerbroek (geblesseerd bij de training voor de wintertriatlon) werd, zagen de teams er tenslotte als volgt uit.
OSVVE/hil: Dik (10 km) hardlopen, Ruud (50 km) fietsen en weer Dik (20 km) schaatsen.
OSVVE/dik: Ronnie hardlopen, Lidian fietsen en Laurens schaatsen.
Daar er dit jaar gescheiden werd gestart in het FBK-stadion, mochten wij als estafettekwarters (d.w.z. kwart triatlon in estafette) als laatsten starten (60 teams, dus 60 hardlopers). En die gingen wel heel fanatiek van start. Ronnie en ik lagen na 600 meter al ruim 100 meter achter en werden zo gedegradeerd tot een achterhoedegevecht, maar meedoen is voor de OSVVE altijd, zeker nu we wat ouder worden, belangrijker dan winnen. Je hebt dan ook al lopende alle tijd om de ijsbaan van de buitenkant, Go PLanet en De Grolsch Veste te bewonderen en te genieten van de toejuichingen van de wachtende, misschien wel enigszins ongeduldige teamgenoten en van de enthousiaste supporters Hilko en Joran (hup opa) Ellerbroek. De tijd die ik in gedachte had (ongeveer 50 minuten), kwam helemaal uit en Ronnie kwam iets later over de “streep”. Prima prestatie toch! Gerard Kemkers zou jaloers zijn geweest op de manier waarop wij in de wisselzone het “stokje” (rugnummer en transponder) respectievelijk aan Ruud en Lidian doorgaven. Dus een foutloze wissel.
De foto’s op www.wintertriatlontwente.nl geven duidelijk aan hoe gepassioneerd bijvoorbeeld Ruud zijn 50 km in alle “eenzaamheid” reed. (Stayeren was verboden.) Ruud (eigenlijk met Lidian de enige echte winterfietser) reed naar eigen zeggen goed en Lidian (eigenlijk met Ruud de ander echte winterfietser) gaf aan dat ze vorig jaar in die erbarmelijke omstandigheden beter had gefietst. Maar zij reed toch een uitstekende 50 kilometer.
(Trouwens de foto’s van Ronnie en Lidian zijn ook de moeite van het bewonderen waard.)
Bekende schaatsers als Tristan Loy en Remco Olde Heuvel (Laurens en ik hadden graag met deze toppers de strijd aangegaan) en heel veel andere schaatsers hadden, toen wij het ijs op gingen, de binnenbaan (de blauwe zone) zodanig aangetast dat wij gedwongen waren, om toch een beetje stijlvol vooruit te kunnen, de buitenbaan te nemen. Dus hebben we (heel?) wat kilometers meer gereden. Mijn uitgangspunt is zoals bekend altijd positief denken. Nu ik het toch over mezelf heb, moet ik zeggen dat ik na een tiental rondes de krampaanval in de linkerkuit voelde naderen. (Hetty had al gezegd dat hardlopen en schaatsen binnen een paar uur voor een oude man een levensbedreigend karakter zou kunnen krijgen.) Ik heb ooit de heer Dijstelberge bijna een heel dorp bij elkaar horen schreeuwen toen hij bij een fietstocht kramp kreeg. Ik vond het toen een vorm van aanstellerij, maar ik weet nu wel beter. Ik voel nu pas met hem mee. Je kunt totaal niets meer als je in een bocht zo’n krampaanval krijgt. Je stuitert over het ijs de boarding in. Maar schaatsers zijn uitermate vriendelijke en vooral hulpvaardige mensen, nog geen 15 seconden later stond er al iemand aan mijn been te trekken en te rukken en 2 minuten later kon ik weer zonder pijn verder rijden. Maar het ijs bleef slecht. De toejuichingen van de OSVVE’ers deden mij en waarschijnlijk ook Laurens denken aan een kolkend Thialf-stadion. Dan stellen de laatste 10 (van de 54) rondjes eigenlijk niets meer voor, als een zekere Sven K vlieg je (ietwat overdreven wel) over het ijs. Laurens moet een aantal rondes later hetzelfde gevoel hebben gehad.
De nazit van de OSVVE’ers was zoals dat bij de OSVVE gebruikelijk is met als onderwerpen : de triatlon, de nieuwe politieke loot van de OSVVE de OSPVD, FC Twente en vele andere zaken. Kortom gezellig zoals gezelligheid hoort te zijn.
De OS(chaats)VVE heeft voor de zoveelste keer naam gemaakt
Dik E.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten